Sunday, June 12, 2011

And than we all came to the end




Prince Rupert.. Wie had gedacht dat dat waarschijnlijk de enige plek in de hele wereld is waar je niet met je ING-pas geld uit de automaat kan halen. Geen probleem hoor ik je denken, gebruik je toch gewoon je Creditcard. Goh, joh, doet ie het ook niet. Hmm.. vervelend. Bank nummer 1 in.
Nee, je Creditcard doet het inderdaad niet. En oeh, tja deze bankpas accepteren wij niet, misschien dat Bank of Montreal het accepteert. Nee sorry wij accepteren m ook niet, uh.. heb je National al geprobeert. Jeetje het spijt ons verschrikkelijk, maar wij accepteren geen Cirrus. Misschien…enzovoort. Uiteindelijk een bank gevonden die me geld wilde geven, maar 500 dollar per dag. Niet meer. En ben best een stoere reizigersdame, maar het idee om zonder geld en zonder ticket van het eiland af in Haida Gwaii vast te zitten trok me minder. Geen nood, geen paniek, want kon ook de trein naar Jasper nemen. Veel goedkoper en daar hebben ze vast wel een bank die me welwillender zal zijn. Voor de zesde keer die dag naar de telefoon in de gang van het hostel gerend. HOEZO ZIT DE TREIN VOL? schoolreisje? SCHOOLREISJE NAAR JASPER? En de volgende trein gaat pas over 5 dagen.
Even niet meer wetend wat ik moest doen, besloot ik eerst maar een s even een bezoekje aan Starbucks te brengen. Frappuchino Happy Hour of niet. Op straat kwam ik weer het Engelse stel tegen waar ik op de boot ook lang mee had zitten praten. Heerlijk om gewoon even lekker tegen iemand aan te kunnen zeuren en de arme mensen kregen dan ook meteen alles over zich heen. Totdat de man ineens zei; “ We kunnen je meesmokkelen in de koffer, maar ik denk dat je gewoon moet doorzetten, je wilde zo graag naar het eiland” En potverdorie, soms heb je iemand nodig die dat gewoon even tegen je zegt. Kortom, ben een dagje extra in Prince Rupert gebleven, heb twee keer 500 dollar gehaald bij de bank (en het hielp ook dat ik onderussen de CC-gegevens van moeders had gekregen mama;) drie uur aan de telefoon gehangen met air canada om te zorgen dat ik contant mocht betalen op het vliegveld weg uit Haida Gwaii en ben de volgende ochtend vol goeie moed naar het de vliegtuighaven gereden. Hee, Mist, heel veel mist..
Ondertussen begon ik te denken dat het me niet gegund was. De voormalige Queen Charlotte eilanden waren niet voor mij.. Maar dat duurde niet lang. Ontmoette een man, Dyane, een First Nation Haida, die me begon te vertellen over zijn leven en zijn cultuur. De manier waarop de Canadezen met hun indianenstammen zijn omgegaan is heel anders geweest dan in de VS is gebeurt. Ook hier zijn er veel kampen gecreeerd, maar er zijn ook veel kinderen bij hun ouders weggehaald om geaddopteerd te worden bij een keurig blank gezin. Soms pakte dat goed uit, vaak ook niet. Resulterend in veel alcohol en drugsmisbruik. Maar soms ook met mooie verhalen van het terugkeren naar je familie. Brandon, die ik in de bus op Haida ontmoette vertelde dat hij op zijn 18e verjaardag een telefoontje kreeg van zijn biologische vader met de boodschap; we hebben een ticket vor je geboekt, je komt volgende week naar ons toe. Brandon, enigzins verlegen, kwam de volgende dag aan in Masset waar een feest aan de gang was. Werd opgezweept door een beer van een vent die tegen hem zei: Meet your family. Zijn stam met 300 man. Hij is nooit meer teruggegaan, maar heeft nog steeds een goeie band met zijn adoptieouders. De gesprekken gingen vooral over hoe belangrijk het is om een idee te hebben van je achtergrond, te weten waar je vandaan komt. Op wie zijn schouders je staat als generatie en welke generatie op jouw schouders gaat staan. De Haida hebben het geloof dat het 7 genereaties duurt voordat een stam weer gezond is na traumatische ervaringen. Ze hebben nog een paar generaties te gaan, maar volgens mij zijn ze goed op weg.
Ook hij zei; Ga, laat je niet tegenhouden. Haida Gwaii is iets bijzonders, iet onevenaarbaars. Het kost misschien moeite (en geld, maar dat zei ik maar niet) maar je zal nooit spijt hebben. Twee uur later en wat mij betreft te vroeg, want was nog lang niet uitgepraat, vertrok mijn 4 persoons watervliegtuigje ( met nadruk op –je) naar Masset.
Wat mij betreft was dit de kroon op mijn hele vakantie
Had ik het eerder over geadopteerd worden? Ik wist niet half wat het was. Omdat het mijn eerste keer was mocht ik in de cockpit zitten. Om na een kleine 45 minuten door de mist bergen en bossen op te zien doemen. Irene (zat achter me) ging vervolgens wel even regelen dat ik een lift kon krijgen van Jack naar mijn Copper Beach House. Jack is de vader van Dyane die de eigenaar is van de gasstation (dit soort informatie komt ongevraagd naar je toe) Iedereen kent elkaar hier. Niet heel verwonderlijk met 1400 mensen. Dus, moest ik niet een auto? Ging ze wel even regelen. Jenny and Gina werken bij National. Je hoeft vast maar voor een dag te betalen. Ja ik wil je ook wel brengen hoor, maar dan moet je terug liften. En dat kan pittig worden, want het seizoen is nog niet echt begonnen. En Tow Hill moet je wel zien hoor. Je kan de Alaska Mountains zien vanaf daar. Ok, het is een klein eiland, maar de mensen daar zijn de aardigste die ik ooit ontmoet heb. Een klein voorbeeld; je staat op de bus te wachten en in een half uur tijd stoppen er 4! mensen die vragen waar ik naartoe moet en of ik een lift nodig heb. Nog 1?; je zit buiten bij een koffietentje, raakt aan de praat met een parkranger die je aanbiedt om 5 dagen met hem mee te gaan naar het zuidelijke puntje van het eiland (alleen bereikbaar met de boot) om te helpen en je alles te laten zien. Op elke andere plek had ik dat gek gevonden, maar was zo met hem meegegaan. We zijn nu vrienden op facebook en als ik ooit terugkom, the offer stands.
Again: When in Rome. Dus ik een auto gehuurd in naar het noordelijkste puntje van dit eiland gereden. Ik dacht dat ik bos gezien had in Tofino op Maers Island, maar dat was een omgemaaid grasveld vergeleken met dit. Het is gewoon bos zoals je je als klein meisje voorstelde waar elfen en kabouters en trollen wonen (nouja ik dan..). En beren, maar die wonen er echt..






Na de wandeling kwam ik in mijn hotel twee dames tegen die goeie verhalen te vertellen hadden en clamchowder die ze zelf niet opkregen. Heel erg tevreden rolde ik die avond mijn bedje in. Ik had het gehaald en Haida Gwaii was al alles wat ik er van hoopte.
Drie dagen later stond ik weer op het vliegveld om terug te gaan naar Victoria. Met een zwaar hart, maar ook met een spring in a my step. Want Leanne zou me komen ophalen op het vliegveld. En het idee dat je na en paar weken al ergens opgehaald gaat worden, 'because you're a friend now' is stiekem wel heel fijn. Maar Haida verlaten is iets wat je niet makkelijk doet.
Maar hoe fijn om na 2 weken weer de Sleeping Dog farm op te rijden en het gevoel te hebben dat je ergens thuiskomt. En om daarna de twee nieuwe wooffers te ontmoeten (Koreaans met matching clothes..) die nu dus in mijn cabin sliepen. En ik in het grote huis, boven in de slaapkamer. Gek hoor.



De laatste dagen dus nog heerlijk bij zitten komen, nog een beetje in de tuin gewerkt en nog een tripje gemaakt naar mijn oude summercamp op Orca's Island. Ooit teruggeweest op een plek waar helemaal niets, helemaal niets verandert is? Ik dus wel. Twee nachten heerlijk in mijn oude cabin "Glory of the Seas" geslapen om de volgende ochtend om half 6 op te staan en de ferry terug te nemen om voor de derde keer terug te keren op de farm.


Je gaat op reis omdat je andere dingen wil zien, andere dingen wil beleven. Maar nu typend vanuit mijn eigen huisje en met een klein beetje heimwee, gaat het voor mij uiteindelijk om de mensen die je ontmoet. Wachtend op je vliegtuig, koffiedrinkend op een terrasje, kletsend voordat je in slaapvalt in je stapelbed in je hostel. De mensen waar je bijna 3 weken mee optrekt op een boerderij, die lief genoeg zijn om je op sleeptouw te nemen, je opnemen en je het gevoel geven dat je ergens thuis bent.
What a trip..
en bedankt voor het lezen. Ik ben weer thuis.

Sunday, May 29, 2011

Close encounters of a wildlife kind

Zit je op je gemakje aan je Wild Salmon Burger met fries and rootbeer. Kijk je naar buiten door je raampje, zie je een school dolfijnen voorbij komen. Merk je dat je ‘hee, hallo!’ mompelt en begint te grijnzen..En ik ben niet de enige; iedereen is de hele dag al aan het grijnzen op deze ferry. En als je bedenk dat ‘ie om 7.30 vertrok en dat iedereen anderhalf uur van te voren aanwezig moest zijn, dan is de afwezigheid van sacherijnige gezichten best bijzonder.
Na Victoria kwam ik aan in Tofino, een heerlijke relaxte plek, midden op het eiland, waar alles draait om zout, driftwood, strand, oceaan en surfen..Hmm..De eerste 4 dingen helemaal perfect om even bij te komen.. en toch de volgende ochtend maar meteen op een surfboard gaan staan. Een beetje met het idee van 'Let’s Get It Ove
r With' in combinatie met 'When in Rome..' En God, wat zie ik er goed uit in een wetsuit (ja mag ik even..? Was de eerste keer sinds ik 20 kilo kwijt ben :). Samen met de dames van de surfschool “Surf Sister” voor het eerst de letterlijke sprong gemaakt naar staan op een surfbord. Best leuk, maar geef mij toch maar iets met een zeil (maw: veelstezwaar dit). s’ Middags een fiets gehuurd om op mijn gemakje naar Chesterman’s beach te trappen. Een van de weinige zandstranden in BC. Met laag tij kan je naar een eilandje lopen over het strand, waar de golven van de Pacific Ocean constant op het zwarte lavagesteente losbeuken. Niets in de verte om ze tegen te houden. Tenzij je Japan gaat meetellen. Vervolgens teruggerend om Sushi te gaan eten met mijn surfbuddy. Gitaar omgeslingerd om net op tijd terug te zijn op het strand voor zonsondergang om een paar uur later moe maar voldaan met hele koude vingers in mijn stapelbedje te kruipen.


De dag daarna een kayaktrip gemaakt naar een Maer-eiland, waar nog een stuk rainforest
is wat volledig onaangetast is door kap. Wat inhoudt dat er Ceders staan van 1100 jaar oud. Houtkap heeft een enorme lading hier. Er wordt een constante strijd geleverd, nog steeds tussen loggers en de tegenbeweging. Als je praat met mensen (in mijn geval de eigenaar van 'Tuff Beans'/coffeeshop, van de Bike-rental en mijn gids voor kayaktrip naar Maer Island.. dus ik weet niet hoe statistisch verantwoord dit is) van Tofino zelf merk je ook dat het gevoel erg dubbel is. Tofino wordt steeds aantrekkelijker voor toeristen, d
at brengt werkgelegenheid met zich mee, maar het betekent ook een verandering van de hippie-vibe. De lokale overheid probeert de wildgroei tegen te gaan door meer te reguleren met het gevolg dat je nu geen gitaar meer mag spelen op het strand (huh? Ja dat dacht ik ook..)
Na het gevoel te hebben dat mijn hart en ziel en lijf en leden volledig uitgewaaid waren, heb ik de klitten uit mijn haar getrokken en heb ik toch maar besloten
om gister weg te trekken uit Tofino, vooral omdat ik toch heel graag deze trip wilde maken met de Ferry. Ben dus op sinds 4.25 am, 5 minuten eerder dan dat Fiona van het zeer Christelijke (bijbel op bed..)Hostel me kwam wekken met een kop koffie (!) Service!

Heb werkelijk nog niemand ontmoet die niet aardig of geïnteresseerd was. Canadezen zijn echt heel erg aardig. Sowieso is deze manier van reizen fijn. Op de bus kom je mensen tegen die je s avonds ook weer in het hostel tegenkomt en vandaag dus ook weer op de ferry. Als mensen doorhebben dat je alleen reist wordt je - of je wilt of niet- toch een beetje geaddopteert. En voor dat je het weet sta je bekent als het Sitka with the guitar, ben je een groep en hang je in elkaars armen bij de Ferryterminal om afscheid te nemen. (Om overigens dezelfde mensen weer tegen te komen op straat de volgende dag..)

Inside passage dus vandaag. Deze ferry gaat van Port Hardy, tussen de eilanden
door helemaal naar het zuidelijkste puntje van Alaska, Prince Rupert met als het goed is het eea aan watervallen, gletsjers die in zee eindigen en jawel, lot’s of wildlife. Behalve de dolfijnen al een paar zeehonden en een humpbackwhale gezien. Deze enorme bulk aan massa kwam langszij zwemmen, tracteerde ons op een aantal fontijnen aan water en verdween na het laten zien van zijn enorme staart weer de diepte in. Werd er stil en stiekem een beetje emotioneel van.
Beren al veelvuldig gezien langs de weg van Nanaimo naar Tofino. Het is ovigens best een bizar gevoel als je op je fiets zit tussen Tofino en Ucelecet en je ineens realieert dat je gister nog een beer op die hoogte had gezien. Neem je toch de tips over "Wat te doen als je een beer tegenkomt" (first make yourselve big, if that doesn't work, play dead) een stuk serieuser.
Vanavond kom ik aan in Prince Rupert. Proberen om morgen een vliegtuig te vinden naar Haida Gwaii.Heb belsoten om maar door te zetten en dat rare bijzondere eiland te bezoeken. Maar dan moet het wel kunnen..
Eerst nog even walvissen spotten. Er schijnt nog een groep orca’s aan het migreren te zijn, hoei!

Thursday, May 26, 2011

Growing hapinezz

Ah! Zoveel te vertellen, zoveel gebeurt!
Vandaag na een rit van 6 uur aangekomen in Tofino. Friday Harbor, look-a-like in het midden van het eiland aan de wild coast. Dus uiteindelijk na 2&1/2 week toch mezelf los kunnen weken van Sleeping Dog Farm. Het was gek, te gek, meeslepend, vermoeiend en geweldig. Het voelt
alsof ik er een half jaar heb doorgebracht. De laatste dagen waren bizar, vooral het weekend was full-packed. De beste vriendin van Leanne, Sarah ging trouwen. Volgens traditie werd vrijdag de pre-wedding dinner gegeven. Wat voor mij vooral betekende dat op er ineens 40 man op de boerderij waren, die vraag na vraag op me begonnen af te vuren.. Lopend van de guesthouse naar de Cabin naar de tuin: Hoeveel kippen hebben jullie? Waarom heeft die ene kip geen staart. Hoeveel eieren leggen ze? Wat voor plant is dat? (ik:Broccoli, bleek later dat het Favabonen waren..) Waar is de wc (wist ik!) en wie ben jij eigenlijk? (Sitka, I'm from Amsterdam!)
Bizar hoe snel je gewend raakt aan rust en regelmaat. Aan het einde dan de dag was ik dus kapot en liep enigzins verloren rond me afvragend of douchen nog mogelijk ging zijn, omdat die zich bij de enige wc in het huis bevond. Gordon had het
door, sleepte me mee naar de schommelbank waar ik tussen hem en Morgan ingeklemd werd om met een biertje bij te komen.. 'Just stay close we'll protect you'&'just speak Dutch to them, they'll only bother you once' Adempauze voor de afwas. I love drinking on the job en hou ook echt al een beetje van deze verschrikkelijk fijne mannen. Omdat het ook nog een keer de verjaardag van Leanne was, had Sarah (bruid) een verrassing georganiseerd. Namelijk een concert van Oliver Swain, daar in de Sanctuary. Te gekke muzikant met cello, banjo en gitaar en een stem als een muppet (het is helaas echt waar..) Door het door Vredenburg ingebakken dienstbaarheid wat vooral naar boven
komt tijdens een concert, heb ik hem geholpen zijn boel op te ruimen. We raakten aan de praat en de avond eindigde met een fles wijn (ik ondertussen toeter) en een priveconcertje in de Sanctuary. Dit keer zonder muppetstem, waardoor het echt verschrikkelijk mooi was (denk ik..of het was echt de alcohol) The joys of traveling Eh? (picking up a Canadian accent here..)
Dag daarna was de trouwerij. Ik was ondertussen redelijk gewend aan alle mensen om me heen.
Bleek het vooral goed te kunnen vinden met de schoonouders van Sarah ('our neighbours are Dutch, do you know them?')en kreeg weer een enorme lieve aai over mijn bol van Gordon die nog even publiekelijk de aandacht erop vestigde dat ik niemand 10 dagen geleden nog kende, maar dat ik mezelf met alle passie tegen deze trouwerij aangegooid had en hoe hard ik wel niet gewerkt had. Hoeveel warmte en erkenning kan je krijgen?(ik bedoel..het is waar, I worked my ass off, maar fijn als het gezien wordt;)
De dagen erna was het vooral bijkomen, weer lekker 'normaal' in de tuin werken en absoluut de meest waanzinnige wandeling ooit in mijn leven tot nu toe. Bevatte alles, eerst een oude treinbrug over een ravijn waar je overheen kon lopen. Waarbij ik pas door had hoe hoog het wel niet was, nadat ik naar beneden gespuugd had (tikje ordinair, maar aangemoedigd door Gordon en Morgan). Daarna ergens via een boom over de rivier glijden om na een uur krabbelen over bemoste rotsen en rottende takken bij een waterval uit te komen die verdacht veel leek op een scene uit Avatar. Aquamarijnblauw water wat zich een weg naar beneden stort door diepgroene varens en lichtgroen mos. Had me niks verbaast als er ineens een elfje op mijn schouder was geland. Jammer da
t ik niet begrepen had dat we gingen wandelen en dus op mijn Birkenstocks (waar ik overigens om wordt uitgelachen, schijnt een hippieding te zijn hier..pfff!) vervolgens weer de weg omhoog moest vinden. Met een hoop tree and rockhugging is dat wel weer gelukt (althans.. ondertussen even in de rivier gevallen met foon op zak..)
Zoveel te vertellen, zoveel gebeurt, maar uiteindelijk komt het er allemaal op neer dat ik gewoon geluk heb gehad met de plek en de mensen en dat ik denk dat dat wederzijds is :)

He vooruit, dan maar helemaal los met een quote: Happiness is neither virtue nor pleasure nor this thing nor that but simply growth, We are happy when we are growing. W.B. Yeats. Zo! dus..Ik groei me een ongeluk.

Vanavond moet ik gaan uitzoeken wat ik in mijn laatste 2 1/2 week ga doen. Het word me ondertussen duidelijk dat ik niet alles ga halen wat ik wil. En zit stiekem te kijken naar een zeilschool om daar een paar dagen mee op pad te gaan (..) of toch nog naar Orca's..of toch nog door naar Haida Gwaai of..?

Thursday, May 19, 2011

You can have your cake and eat it too

Stel je voor. Je staat in een enorme keuken met een net zo enorme mixer, waar kilo's (letterlijk) aan boter in verdwijnen voor de weddingcake van Leanne's (die je net een week kent) beste vriendin Sarah, die zaterdag met Lyndon trouwt. Je hebt gister Sarah ontmoet en het eerste wat je zei was:"hi, i'm going to be at your wedding."
Goed, ik ben hier nu dus ruim een week. Het is best wel een luxe om een eigen cabin te hebben met een klein keukentje, maar ik ben er eigenijk nooit. Nouja, de eerste dagen wel.. Ik heb geen auto en de bussen rijden ’s avond niet echt. De farm ligt redelijk dicht bij het centrum van Victoria, maar loopafstand is het dus zeker niet. De eerste dagen was ik om 15.00 uur vrij en het voelt toch een beetje raar om gewoon in iemand anders zijn huis te gaan rondhangen. Dus ging ik maar een beetje lezen, tekenen of wat dan ook in mijn eigen hutje, totdat ik geroepen werd voor het eten. Voelde me echt weer 16, thuiswonend..dat je op je kamer zit te wachten tot er eten is…gelukkig zonder huiswerk. Na het eten wordt er dan opgeruimd, wat van mij onder andere verwacht wordt (jaja chores op de boerderij, als je niet kookt was je af!). Wat verschrikkelijk stressvol is, zeker de eerste dag, want waar laat je alles in deze enorme grote keuken. In het uitggebreide ‘Wooffer” handboek
naast mijn bed waren al wat tips gegeven over hoe ik me moest gedragen. En een van de dingen die er heeel duidelijk instonden was, leg niet dingen op de verkeerde plaats neer, want ik (Leanne) raak gefrustreerd als ik dingen niet kan vinden. Uh..ok..maar waar dan wel? En ik heb gewoon niet het geheugen om het allemaal in een avond te onthouden.
Behalve een beetje eng, is de keuken er wel zo een waar je (waarschijnlijk alleen ik..) af en toe van droomt. Met twee ovens, heel veel laden en kasten waar heel veel kookdingen in kunnen. Een enorm aanrecht in het midden. Een voorraadkast, een enorme koelkast waar altijd, maar dan ook echt altijd lekkere dingen in te vinden zijn. En Boy, Canada is geen Southern USA, I tell you! Ze weten echt wat goed, goed eten is hier.
Tot nu toe;
enorm stuk British Columbia Zalm (met hoofdletters) met pilav, gepofte bietjes met geitenkaas met ingemaakte kwarteleitjes;
stoofschotel met zelfgemaakte dumplings, tofu met gestoomde groenten, bruine rijst en pindasaus (jaja, dat gebeurt dus ook, maar het was verschrikkelijk lekker!).
Biefstuk met in boter gestoomde aardappeltjes met munt met als toetje (klaar voor?) upside-down Rhubarb-pecan-Caramel pie.
Pizza (gehaald) met een volkoren bodem, maar daar was eigenlijk ook niks mis mee..
Vietnamese noodlesdoup met spring rolls en lemongrass chicken.
Soto Ajam (dat was ik *trots*, moest ook koken..en vond dat ik niet met boerenkool aan kon komen)

Behalve veel kookspullen zijn er dus veel medebewoners op de boerderij.

Introducing::
Libby en Simon (een labradoedel en eenasbakkenras).
Bruno en Diesel, de grijze en de rooie kater.
LouLou en Hank, twee paarden.
Mijn buurvrouwen de kippen en waar ik sinds gister achter ben,
twee herten die in het bosje naast mijn Cabin slapen (ze hebben nog geen namen, kom op dit moment niet verder dan Bami..Dus als iemand een idee heeft..)
Morgan en Gorden, ‘tha bitches’ het homostel wat hier ook woont en die voornamelijk voor de dieren en het onderhoud zorgen.
Leanne, visionair en eigenaar die dit dus allemaal bedacht heeft, vervolgens gebouwd heeft en er een succes van weet te maken(ik bedoel bedenken is makkelijk)
Gorden heeft meer gezien van Amsterdam dan ik (in ieder geval van het nachtleven) en Morgan is een bioloog die overgegaan is in graphic design. Tada, ZAT om over te praten! Verder zitten hier twee Bald Eagles in de bomen, maar ik weet niet of die ook overnachten, dus dat telt niet echt. Leanne was vooral degene die ik in het begin niet helemaal kon plaatsen. Een beetje strengig, maar zoals ze gister zei; ze krijgen bijna elke twee weken een wooffer en tja.. op een gegeven moment doe je niet zo je best meer. En reageer je wat minder. Ik doe het goed geloof ik. Gorden zei na de film al “we’re going to keep you.” En Leanne biechtte gister op dat ze normaal gesproken de wooffers thuis laten om de kippen te doen zodat zij lekker weg kunnen. Mij niet, mij nemen ze mee, wat heel fijn is anders zou ik toh een beetje eenzamig zijn, twee weken in dat hutje. Kortom, het voelt als een warm bad. Een heel lekker
naar cedar en verse bloemen geurend warm bad. Inclusief rondvliegende hummingbirds boven je hoofd. Ok en af en toe ruikt het dus ook als paardenpoep of kippenstront. Heel erg veel kippenstront.

Volgende week ga ik richting Tofino, een ander stadje hier op aan de andere kant van het eiland. Maar eerst nog een trouwerij te gaan. Leanne staat nu de cake te maken voor de 80 gasten die er gan zijn. Levert vast goeie verhalen op (tipje van de sluier, de ene helft is joods de andere helft overtuigd Christen..)

Sitka thinks It’s all awesome!

Wednesday, May 11, 2011

Horse-shite


En ineens ben je er Victoria.. Althans, in je (eigen) cabin vlakbij Victoria. Met enorme spierpijn.. Drie uur lang paardenstront scheppen doet dingen met spieren waarvan ik niet wist dat ik ze had. Maarja, je doet hier alles voor een goeie biologische tomaat. En Vrinda, de tuinder ‘in charge’ is een perfectionist pur sang. Ik probeerde halverwege nog aan te geven dat teveel paardenstront misschien ook niet alles is, maar ze trapte er heus niet in.


Het lijkt zo dichtbij Vancouver, overkant Vancouver Island..Maar dat valt tegen. Ik had ook gewoon met de greyhound kunnen gaan, maar vond het leuker om zelf uit te zoeken hoe ik er kwam. Ik bedoel dit is Canada. Hoe moeilijk kan het zijn? Moeilijk is het probleem niet. Maar dit is Canada en dus zijn ze toch iets meer gericht op autorijdende clientèle. Wat zoveel betekent als dat bussen in ieder geval niet aansluiten en je meestal gewoon 3 kwartier zit te wachten bij elke aansluiting (3!).


Aankomend bij de Ferry werd ik meteen al blij. Uiteindelijk ben ik weer deze hoek op gegaan omdat ik de omgeving van de San Juan eilanden, waar ik 10 jaar geleden 3 maanden zeilles hebben gegeven in een Summercamp, mijn geheugen ingegaan is als de meest mooie en fijne plek op aarde. Maar herinneringen zijn raar, niet altijd even betrouwbaar. Is het wel zoals ik in mijn hoofd heb?


Deze ferry was in ieder geval al weer helemaal zoals hij moest zijn, groot met verschillende decks, clam chowder aan boord, een soort romige mosselsoep met aardappel waar ik al 10 jaar zin in heb. En sweet potato fries, wat ik me dan weer niet kan herinneren, maar die echt goddelijk waren (eigenlijk beter dan de Clamchowder..) En met een route door de Southern Gulf eilanden, waar bij het bereiken van de ‘sounds’ (doorgangen) ook de geur ineens precies was zoals het moet zijn. Zout, cedars en licht rottende vis, of zeehonden uitwerpselen, wat het ook mag zijn.


Op het eiland staat godzijdank wel de bus naar het centrum te wachten. Wacht even, een dubbeldecker? Een rooie? Victoria, juist vernoemd naar de koningin, staat bekend als de meest Britse stad in heel Canada. Dus tien minuten later was ik op weg naar mijn wooffer werkplek in een dubbeldecker. Ik zei al dat de San Juan eilanden wat mij betreft onovertrefbaar zijn, maar ik moet zeggen.. Ik heb nog niks van Victoria zelf gezien, omdat ik aan de buitenrand zit, maar de heuvel afrollend richting de baai viel ik stil. In de verte over het water liggen de bergen van de Olympic Range. Ik dacht eerst dat het wolken waren, maar heus niet. Een grillig en kartelig geheel in de verte met besneeuwde poederwitte bergtoppen, terwijl jij zelf je omringt ziet door rollende, bijna vettig groene heuvels, met oude eikenbomen, boomgaarden, boerderijen, weilanden. Het contrast is groot. En mooi dus.
En dan sta je midden op een weg en wijst de busdriver onduidelijk welke kant je op moet lopen en ga je op weg naar je nieuwe bed. Op goed geluk de weg opgelopen en tussen de verschillende farms de “Sleeping Dog Farm & Retreat” gevonden. Hoi! Hello! Nice to meet you, my name is Sytske..No, not Sitka..Seatska, like de Sea and ska, but than with a t in the middle..Actually Sitka is fine.


Wat kan ik zeggen over deze plek. Sleeping Dog Farm is ontsproten uit het brein van Leanne (tijdens een mediatie hoorde ik later) de eigenaar van deze plek, omdat ze een omgeving wilde creeeren waar mensen die goeie dingen doen samenkomen. De 5 acres bestaan uit een organic garden (yup foto..), waar groente geproduceerd wordt voor de lokale restaurantjes en de farmers market, een guesthouse voor ongeveer 6 personen wat gehuurd kan worden, een sanctuary waar yoga en retreatsessies gegeven worden, een poets shed, huurhuisje voor een persoon, een wooffercabin (mijn cabin dus) een enorme oude boerderij waar ‘de anderen’ wonen, een boomgaard en weilanden.



Die 'anderen' zijn een heel apart verhaal. Kom ik op terug.. Ik moet nog eten, we gaan zo naar de film..Fast Five met Van Diesel..Leanne vindt hem te gek. En de mannen ook. I’ve come to a strange place.. Ach, ik ben allang blij dat ik gewoon in het donker onderuit kan zitten. Mijn spieren rust gunnen..
Love, Sitka


Tuesday, May 10, 2011

Hello Gaybours!


En dan ben je er ineens, Vancouver. Vancouver gloeit zich een weg naar het midden van je hart.. Wolkenkrabbers, bergen en oceaan. En vooral belangrijk, met Starbucks waar ze tussen 3 en 5 p.m. Frappuchino Happy Hour hebben. Ik verzin het niet!

Ik was er natuurlijk niet zomaar, eerst door een reis van zo’n kleine 14 uur door moeten worstelen. Je kent het wel, het gebruikelijke subtiele gevecht om de armleuning (ineens voel je dat je kromgebogen in je stoel hangt en je vraagt je ineens af waarom die armleuning eigendom lijkt te zijn van de krantlezende man naast je) die ik overigens verloren heb (subtiel proberen terug te duwen lokt tegen verwachting in geen schrikreactie en verontschuldiging uit en tja.. dan is mijn scala aan ‘passive aggresive’ reacties ook weer uitgeput); het gebruikelijke moment dat je je afvraagt hoe je subtiel duidelijk maakt dat je het gezellig vindt om te kletsen met de man naast je (die van die armleuning ja..) maar dat je eigenlijk ook graag even je ogen zou willen proberen dicht te doen en natuurlijk het gebruikelijke moment dat je bij de band staat en je ineens afvraagt of je eigenlijk nog wel weet hoe je tas er ookalweer uitziet (ter mijn eigen verdediging, het klopt dat ik die rugzak al 16 jaar heb, maar hij zat in zo’n vluchtzak..en heeft zodoende twee rondjes mogen maken op de loopband voordat ik begon te vermoeden dat die van mij was..)

Rugzak en ik weer herenigd konden we onze weg naar een bed gaan vinden. De skytrain in. Ik vind dat in elke stad een fijn moment, het voelt ineens echt. Je bent er. Maar Vancouver verslaat elke verwachting, althans wat ik kon zien voordat de trein ondergronds ging. Torenhoge wolkenkrabbers, omlijst door besneeuwde bergtoppen aan de ene kant en uitgestrekte oceaan, vol met enorme ferries aan de andere kant. Het uitstappen bij Yaletown Roundhouse bleek een hele nieuwe verrassing met zich mee te brengen. Mijn hostel bleek zich smack in the middle van de Davie Village te bevinden. Juistem de Homobuurt. Davie street blijkt vernoemd te zijn naar de eerste politicus die openlijk homosexueel was ergens in de 19de eeuw(!!)..(!). Voelde me dus meteen thuis tussen alle regenboogvlaggen, net Amsterdam met net zoveel koffieshops. Maar het is ook verschrikkelijk groen. Hoge flatgebouwen, maar met kleurrijk onderhouden tuinen, bomen en parken.
Op mijn kamertje aangekomen bleek meteen de eerste missie van de volgende dag zich al aan te dienen. Een handdoek kopen..Helemaal niet aan gedacht. Hoop nog steeds dat niemand me over de gang heeft zien schuivelen met een verdacht vochtig laken..
De eerste dag rondje gedaan in de stad, geprobeert er achter te komen hoe het toch met die ferries richting Alaska zit (duur) en me er over verbaast hoe ongelovelijk veel aziaten er in Vancouver lijken zijn. Sowieso lijkt het een stad met veel immigranten. De vergelijking met Amsterdam is weer makkelijk te trekken. Ik hoor van 3 van de 4 mensen die je voorbijlopen op straat in ieder geval geen accentloos engels. Hier wordt meteen het eerste verschil met USA duidelijk. Springt daar iedereen op je af bij een licht accent om te vragen waar je vandaan komt en of je misschien die ene cousin uit Denemarken kent. Hier ben je een van de vele. Gewoon, net zoals alle anderen. Maar Canadezen lijken sowieso wel echt heel anders. Praten vooral zachter (jammer voor mij overigens..moet om de 6 woorden "excuse me, didn't quite get that" roepen) zijn beleefd, maar minder overdreven opgewekt. Ze lijken..Europezer?

Dat Vancouver ook minderen kanten heeft werd gister ook duidelijk. Gek genoeg werd het me tijdens het ontbijt aangeraden door niet alleen Hassan (Turkse psycholoog die hier werk probeert te vinden) maar ook door het Ann van de balie. De rand van Chinatown is een wijkje wat volledig gedomineerd wordt door zwervers, meestal drugsverslaafden, maar bij navraag schijnt de populatie nogal gegroeid te zijn door het sluiten van een aantal psychiatrische instellingen (niemand weet waarom ze gesloten weren). Een apocalyptische wijk, waar het krioelt van de wezenloos kijkende daklozen omgeven door leegstaande gebouwen. Ik heb nog nooit zoiets gezien.. Ik was blij dat ik (met open mond) in de bus zat en niet er doorheen moest lopen.

Vandaag weer de schoonheid in. Een rondje in Stanley park gemaakt, een verschrikkelijk mooi park op de punt van Vancouver en een kijkje genomen in het aquarium, met de ubercute beluga's. Grote witte walvissen die permanent lijken te glimlachen. Is het suf om met je 34 jaar een knuffel voor jezelf te kopen? (...) Jammer dat ik mijn Lonely Planet daar heb laten liggen en dat ze 'm niet meer konden vinden, maarja, redengenoeg om mezelf te troosten met een Frappuchino. Het is tenslotte vakantie..

Morgen naar Victoria, voor een heel ander onderdeel van deze vakantie..